Nesteldrang. Eigenlijk vraag ik me af of ik dit ooit niet heb gehad. Voordat ik zwanger werd, kon ik ook het hele huis in no time op z’n kop zetten en schoonmaken op plekken waarvan ik niet wist dat ik erbij kon. Ik ben sowieso wel een opruimer, maar toen ik zwanger werd, wist ik ineens wat het fenomeen ‘nesteldrang’ inhield. De keukenkasten schoonmaken en ordenen, de voorraadkast uitmesten, ladekasten uitpluizen… Eigenlijk overal waar ‘kast’ achter stond, daar heb ik mijn ‘drang’ op losgelaten. Het afstoffen van meubels, de badkamer soppen, het dak van de auto afstoffen met een microvezeldoekje… WAT?! Dat wilde ik eigenlijk niet vertellen, maar ach. Nu heb ik het al opgeschreven en eigenlijk is dit gênante momentje ook te leuk om niet te delen. Mijn buik begon al redelijk te groeien, net zoals mijn drang om nestjes te bouwen. Ik weet niet meer precies waar we vandaan kwamen maar op de een of andere manier lag er een microvezeldoekje in de deur van de auto. Ik had onderweg naar huis, in gedachten, al allerlei dingen met dat doekje gedaan. Geen vieze dingen! Schone dingen.
Toen Mark de auto, wijlen Peggy de Peugeot 106, voor de deur parkeerde, kon ik me niet meer inhouden. Ik sprong de auto uit met het doekje in mijn hand en voor ik het wist, stond ik het dak van de auto te ontdoen van stof en andere viezigheden. In het donker. “Wat sta jij nou te doen?!” Shit. De buurvrouw van 3 huizen verderop betrapte me op mijn doorgeslagen schoonmaakwoede. Ja, klets je daar maar eens uit, Max. “Eh, ja er lag van alles op het eh… dak!” Wat ik ook zei, ik maakte het alleen maar erger. “Die nesteldrang gaat wel ver bij jou hè?” Inderdaad. Het maakte echt niet uit wat het was, als het maar op te ruimen of schoon te maken was. Omdat alles wat ‘baby’ uitademde nog aandoenlijker was dan normaal, kon ik me úren vermaken in de nog onbewoonde babykamer. Kleertjes eruit, kleertjes opnieuw opvouwen, kleertjes weer terug in de kast. Bedje opgemaakt, maar toch niet leuk genoeg. Nieuw wieglakentje en een ander dekentje erop en knuffeltjes van volgorde veranderen. Mark zal het nooit toegeven, maar ik denk dat hij af en toe echt wel gek van me werd.
“Lieverd, vlucht nu het nog kan!” Gelukkig was zijn antwoord altijd: “Lieverd, dáárom houd ik nou zoveel van je.” Pfff, das een meevaller.
Waar komt die niet te stillen schoonmaakwoede tijdens de zwangerschap toch ineens vandaan? Hoe kan het ook anders: het is door de natuur ingebakken. Het blijft me verbazen, hoe Moeder Natuur dat allemaal geregeld heeft. Het komt erop neer dat je ‘nest’ volledig schoon en klaar moet zijn voor je baby, die ieder moment zijn of haar opwachting kan maken. Dan kun je zonder zorgen bevallen, zonder dat je aan de rommelige voorraadkast denkt. Best logisch eigenlijk. En het leuke is, je komt er nooit meer vanaf. Ik niet, in ieder geval. En Mark ook niet… V L U C H T!
Je kunt je nesteldrang het beste ten volle benutten, dan hoef je voorlopig niets meer op te ruimen. Mest die zolder eens goed uit en gooi alle spullen, die nog steeds op de ‘misschien-stapel’ liggen, nu echt weg! Alle remmen kunnen los, maak zoveel schoon als je wilt! Want, als je baby er eenmaal is, is het enige wat nog op je to-do-lijst staat: knuffelen, voeden, luiers verschonen, badderen en.. knuffelen.
-X- Max